Vanja in gesprek met Hans Alblas
Hans Alblas woont nu zo’n 20 jaar op Rozenburg. Hij moest erg wennen aan het dorp en haar inwoners. Inmiddels woont hij hier een stuk prettiger en voelt zich meer thuis, voorlopig blijft hij hier dan ook nog. Hans is technicus van beroep en reisde veel door het land daarvoor, nu heeft hij een vaste standplaats in Delft. Een aantal jaar geleden zocht hij een nieuwe hobby en kwam in zijn zoektocht een cursus epoxy tegen. De verborgen kunstenaar in Hans kwam daardoor naar voren. Hans gebruikt zijn indrukken die hij overal opdoet als inspiratie voor zijn werken. Nieuwsgierig naar deze Rozenburgse kunstenaar nodigde Vanja Beukelman-Pavlovic hem uit voor een gesprek.
“Ik ben geboren en getogen in Ridderkerk. Daar woonde ik met mijn vader, moeder broer en zus in een fijne buurt. Ik heb daar 40 jaar met plezier gewoond. Mijn opa’s en oma’s woonden er vroeger ook. Nu kom ik er niet meer zo vaak, alleen mijn zus woont daar nog. Zo’n 20 jaar geleden ben ik op Rozenburg komen wonen, samen met mijn toenmalige partner. Allebei van buiten Rozenburg, begonnen we ons leven samen op dit dorpje midden in de industrie.”
Vond jij het gelijk mooi of moest jij wennen op Rozenburg?
“Ik moest echt wel wennen in het begin. De Rozenburgers vond ik wat afstandelijke mensen. Voor mijn gevoel vormden de Rozenburgers een groep mensen en als je niet van het dorp kwam, hoorde je er niet bij. Ik wilde wat meer onder de mensen komen en werd lid van een sportclub, maar ook daar had ik dezelfde ervaringen. Nu moet ik ook wel zeggen dat ik zelf ook niet makkelijk op iemand afstap om een praatje te maken en daarbij werkte ik ook niet op Rozenburg. Dus daar heeft het misschien ook wel mee te maken. Ik werkte als technicus in de buitendienst en ging door heel het land. Dus ook daar kwam ik niet echt in contact met Rozenburgers.”
Jouw toenmalige liefde ging over?
“En zoals dat wel gaat in het leven ging de ene liefde over en ontstond er weer plek voor een nieuwe liefde. En ook mijn liefde voor Rozenburg groeide, dus ik woon hier nog steeds. Ik word dit jaar 60 en dan ga ik over 7 jaar met pensioen. Of we dan van het dorp afgaan, zien we nog wel. Voorlopig blijven we hier nog.”
“De dingen die ik maak, doe ik echt op mijn eigen manier.”
Hoe kwam jij in aanraking met epoxy?
“Een paar jaar geleden zocht ik naar een nieuwe hobby en in die zoektocht kwam ik een workshop epoxy tegen. Epoxy is een 2 componenten kunsthars, die kunsthars kun je in allerlei vormen gieten en elke gewenste kleur geven. Ik had al eerder wat kunstwerken gezien met epoxy en dat vond ik wel mooi, dus zodoende heb ik die workshop gevolgd en ben ik gestart met het werken met epoxy. Ik vond het erg leuk om te doen, dus na de workshop ben ik er gewoon mee door blijven gaan en maakte ik allerlei dingen. Losse objecten, epoxy op canvas en op hout en schilderijen met epoxy. Echt van alles wat, ook diverse thema’s, onderwerpen en vooral ook veel verschillende kleuren. Op die manier heb ik mijzelf echt verder ontwikkeld.”
Wat maakt jou een kunstenaar?
“De dingen die ik maak, doe ik echt op mijn eigen manier. Ik maak dingen die ik mooi vind en dingen die anderen niet maken. Of andere mensen mijn werk mooi vinden, maakt mij niet meer zo uit. In het begin vond ik dat wel belangrijk hoor. Ik liet weleens wat zien aan anderen en die zeiden dan dat ze het mooi vonden en dat ik er wel mee kon exposeren en kon gaan verkopen. Maar daar vond ik het nog niet goed genoeg voor. Een jaar later was ik bij Kunst Verbindt in de Schans en daar sprak ik met wat mensen, waaronder Hanny Krul. Zij vertelde me dat ik me gewoon kon opgeven om het jaar erna ook mee te doen met mijn eigen expositie. Dat heb ik gedaan.
Ik vind het inmiddels heel leuk om mijn werk aan anderen te laten zien. Automatisch raak je aan de praat met mensen die komen kijken. Mijn vrouw Alma wist niet wat ze zag in het begin, ik ben niet zo’n prater normaal gesproken. Waar het mijn kunstwerken betreft vind ik het echt leuk om erover te praten.
“Als ik vraag wat hij van mijn werk vindt, zegt hij: ‘Ja, dat is mooi’.”
Ook aan mijn vader, hij is nu 86 jaar, laat ik weleens wat van mijn werk zien. Vroeger was hij technisch tekenaar, dat is geen kunstenaar natuurlijk en toch heeft er wel zijdelings mee te maken. Als ik vraag wat hij van mijn werk vindt, zegt hij: ‘Ja, dat is mooi’. Het is leuk om te zien dat hij er enthousiast over is.
En toen kwam het moment dat ik voor het eerst iets verkocht, dat was toch wel apart. Dat een ander waarde ziet in wat jij hebt gemaakt, dat is echt bijzonder. Iemand betaald voor iets wat ik heb gemaakt en dat werk hangt dus bij iemand aan de muur.
Sinds een jaar ben ik ook gestart met een cursus schilderen, dat doe ik samen met mijn vrouw. Waar ik altijd nog een poppetje tekende als een kind, gaat het me steeds makkelijker af om er iets van te maken wat er ook menselijk uitziet. Met de epoxy maak ik ook wel schilderijen, maar eigenlijk is dan niet schilderen. Dat is meer beeldende kunst, maar je hangt toch wel een soort schilderij op.”
Is er een verschil tussen technicus en kunstenaar?
“Als technicus ben ik heel precies en als je met epoxy werkt is er niet altijd tijd voor die precisie. Als epoxy is gegoten heb je nog een uur om ermee te werken en dan wordt het hard en kan je er niks meer mee. Dat was voor mij vooral in het begin erg moeilijk, ik heb het echt moeten leren loslaten.
Het helpt mij soms ook om het kunstwerk even weg te leggen. Dan probeer ik mijn ideeën erover helemaal los te laten. Dat vond ik vooral in het begin heel erg moeilijk, tegenwoordig gaat dat wel makkelijker. Epoxy heeft ook gewoon echt een eigen wil, dat laat zich niet altijd vormen en kleuren hoe het in mijn hoofd zit. Als het dan een tijdje opzij heeft gelegen, wil ik er soms toch echt nog iets aan veranderen. Zo heb ik een werk dat begon als een roos en uiteindelijk een zonnebloem is geworden. Soms wil ik er dan niets meer aan veranderen, dan vind ik het bij nader inzien toch goed.“
“Ik pak delen van dingen die ik heb gezien en dan maak ik er iets eigens van.”
Wat is jouw inspiratie?
“Mijn inspiratie is eigenlijk de wereld om mij heen. Ik pak delen van dingen die ik heb gezien en dan maak ik er iets eigens van. Eerlijk gezegd ben ik vaak best wel een tijd van tevoren bezig met een werk. Ik heb dan allerlei ideeën in mijn hoofd, die combineer ik met elkaar of juist niet. Als ik dan weet wat ik wil maken, ga ik aan de slag, dan komt mijn gevoel er ook bij kijken.
Ook mijn vrouw Alma is een inspiratiebron. Soms klopt het niet helemaal, zoals ik had bedoeld en loop ik even vast. Dan laat ik het haar zien en geeft zij haar mening en visie, dat kan mij dan echt helpen er op een andere manier naar te kijken en prikkelt het mijn artistieke brein.
Rozenburg associeer ik met de kleur groen door de groene omgeving. Wij wandelen en fietsen veel samen. Ook dan haal ik inspiratie uit de omgeving waarin we zijn en uit de dingen die we onderweg tegenkomen.”
Wat denk jij over kunst op Rozenburg?
“Op Rozenburg wordt wel aandacht aan kunst besteed, denk maar aan de dag van de amateurkunst, Kunst Verbindt en Biblio Art van de SKCR. Maar mijn droom is nog wel dat er meer Rozenburgers betrokken raken bij kunst. Het zou toch mooi zijn als er meer mensen komen naar de tentoonstellingen in de bibliotheek, bijvoorbeeld.
Als mensen naar mijn expositie komen kijken, maken we vaak een praatje over mijn werk en soms vertellen de mensen ook over wat ze zelf maken. Dat is dan zomaar even een moment met kunst als verbindende factor. Daarna gaan ze weg en dan zie je elkaar meestal niet meer.
Ik denk dat in iedereen wel iets van een kunstenaar zit, voor de ene is dat beeldende kunst, of schilderen en voor een ander kan dat zingen zijn of muziek maken. Er zijn zo ontzettend veel vormen van kunst. Om de kunstenaar in jezelf te vinden is het belangrijk je niet af te sluiten voor kunst. Ik ben van mening dat je juist door met kunst in aanraking te komen, je beter en bewuster bij die kunstenaar in jezelf kunt komen. En dan kun je die vervolgens verder gaan ontwikkelen. Dat wens ik iedereen toe. Dat kan trouwens op elke leeftijd, ik heb ook de kunstenaar in mij pas op latere leeftijd ontdekt.
Iets maken als kunstenaar geeft echt een gevoel van vrijheid, tenminste voor mij. Ik maak iets, zoals ik het wil en een ander mag daarvan vinden wat hij wil. Dat is echt het mooie van kunst.”
Mooi verwoord. In iedereen schuilt een kunstenaar.
Jouw kunstwerken worden steeds mooier